Dit boek is een uitnodiging voor alle mannen, in de volle wetenschap dat dé man niet bestaat. Elke man gaat op eigen wijze met zijn verlies om. Wij zijn jullie professionele én persoonlijke gids in het land van mannenrouw. Als man hebben wij genoeg meegemaakt, in zowel werk als leven. We zijn opgezadeld met verlies op jonge leeftijd en nooit grootgebracht met het vermogen om dat vroege verlies te begrijpen en te doorleven. Dit onvermogen zien we veel bij mannen, die op jeugdige leeftijd vooral zijn aangeleerd om sterk te zijn, stug door te buffelen, liever (of vooral) niet te huilen, moeilijke gevoelens weg te stoppen, wel aan oplossingen te werken en daarmee een zogenaamd ‘echte man’ te zijn. In dit boek leggen we je uit hoe onmacht na ingrijpend verlies kan leiden tot isolement, hoe mannen het niet kunnen verkroppen dat ze de controle verliezen en het niet kunnen opbrengen om (vaak anders dan vrouwen) hulp te vragen.
Wat drijft jou in het omgaan met je tegenslag, met je mannelijkheid? Wat doe jij als je lijdt, maar niet bij je gevoel kunt komen? Als je de machteloosheid ziet van de partner naast je? In dit boek onderzoeken we hoe jij van jongs af aan omgaat met verlies. En hoe het anders kan, hoe het beter kan, voor man én vrouw.
Voorbeelden genoeg, zoals de geïnterviewde mannen in dit boek openhartig laten zien. ‘Van jongs af aan voelde ik mij een wees. Geen moeder, want die is dood. En geen vader, want die is weg en onbereikbaar,’ vertelt de Arnhemse burgemeester Ahmed Marcouch.
De dood van zijn zoon Tonio leverde behalve een indrukwekkend boek niets zinvols op, vindt schrijver A.F.Th. van der Heijden. ‘Ons verlies is een niet te klaren karwei. Geen wild vlees, wij houden de wond open. De pijn mag blijven. Sterker, de pijn houdt Tonio aanwezig.’
Omgaan met tegenslag manifesteert zich op vele manieren. Sommige mannen gaan er gezond mee om en vinden steun in hun directe omgeving. Steun geven en krijgen hoort bij het (samen)leven. In het rouwen heb je mensen nodig, het liefst een veilige kring van mensen zonder oordeel. Je moet het zelf doen, maar het hoeft niet alleen. Maar laat dat voor sommige mannen nou precies zo lastig zijn. Zeg nou zelf, jij lost het toch liever zelf wel even op? Jij hebt toch niemand nodig? Herkenbaar?
Totdat een zoveelste reorganisatie op het werk voor een keiharde crash in je persoonlijke leven zorgt. Of je relatie zo moeizaam is geworden dat het weinig zin meer heeft om ermee door te gaan. Het kan ook zijn dat lichamelijke klachten je onzeker maken. Je blijkt onvruchtbaar. Trauma’s hebben hun sporen achtergelaten. Je raakt in de knoop met jezelf. Toch ploeter je verder, want zo heb je het nu eenmaal geleerd. Tot het niet verder gaat en je hulp zoekt. Vaak te laat. Wat blijkt? Het nieuwe verlies heeft oud verlies losgewoeld. Je bent toen, lang geleden, niet met dat verlies aan de slag gegaan.
‘Toen mijn vriendin was vertrokken, kwam alles in me los,’ vertelt singer-songwriter Douwe Bob. ‘Ze was pleite. Ik kon er niet mee dealen. Van alles heb ik geprobeerd om het goed te maken, maar dat hoefde van haar allemaal niet meer. Kansloos was het. Als ik nu echt weer zo diep in die pijn zou duiken, dan rollen meteen de tranen over mijn wangen. Wat kunnen vrouwen stellig zijn. Verbazingwekkend. Er was geen speld tussen te krijgen, ze wilde me niet meer. Het was gewoon klaar. Niks meer op deze aarde kon ik doen om haar terug te krijgen.
Ik ben haar gaan haten, uit pure onzekerheid over mezelf. Ik beeldde mezelf in dat ze nooit van me had gehouden. Je maakt jezelf helemaal gek in je hoofd. Ik was er echt helemaal klaar mee. Ja, ook klaar met het leven. Die momenten waren er wel, met vlagen soms. Ik ben toen heel veel gaan drinken en dan denk je weleens: mooi gebouwtje daar. Ik heb ook op plekken gestaan, ja. Maar er blijft, gelukkig voor mij, een wereld van verschil tussen daadwerkelijk daar gaan staan en die stap maken.
Het was ook zoveel meer dan liefdesverdriet. Mijn hele leven, mijn hele jeugd, alles kwam weer naar boven. Het ging om alle beslissingen die ik anders had willen nemen. Het was me niet gelukt. I failed. Ik had gewoon voor mezelf gefaald, in de liefde gefaald, buiten het feit dat ik iemand in de liefde niet gelukkig had gemaakt. Iemand van wie ik werkelijk hield. Ik had gefaald als man.’
Rouw is het stevige karwei dat je moet klaren om jezelf aan te passen aan het geleden verlies. Je hebt daarbij soms niet in de gaten dat oud verlies niet of onvoldoende is verwerkt. Waar vrouwen makkelijker bij hun gevoelens komen, willen mannen nog weleens blokkeren. Erover praten is een klus op zich. In onze praktijk spreken we daarom herkenbare mannentaal als het over emoties gaat. Zo spelen mannen in onze ogen een uitwedstrijd omdat ze het lastig vinden om uit te komen voor hun emotionele pijn. Dat maakt ze doe-het-zelvers. De pijn van rouw kun je als man zien als een ingewikkeld project. Om de controle los te laten moet je weg uit je hoofdkantoor. En wie na een tijdje weer vastloopt in zijn oude patronen, is bij ons welkom voor een grote onderhoudsbeurt. Of voor een apk’tje, ook goed. Zodra dit soort taal resoneert, dan komen vanzelf de betekenisvolle verhalen met bijbehorend inzicht. Herkenning geeft houvast op je grillige levenspad.