Nico ter Linden was meer dan een halve eeuw predikant, zielzorger in ziekenhuizen en gevangenissen, voorganger op het platteland en in de Westerkerk te Amsterdam. Hij schreef meeslepend en ontroerend over zijn vele pastorale ontmoetingen. In zijn zesdelige bestseller Het verhaal gaat… hervertelde hij de bijbel. Voor kinderen deed hij dat nogmaals in het prachtige geïllustreerde Moet je horen.
Maar hoe staat het eigenlijk met zijn eigen verhaal? Hoe ontwikkelt zich een geloof in al die jaren, door al die ontmoetingen? Waar heeft hij afscheid van genomen, wat ging onderweg verloren en wat werd verworven? Werd zijn geloof wel eens aangevochten, werd hij ooit overmand door de gedachte dat de beelden die wij op het wolkendek projecteren een illusie zijn, dat het daar achter die wolken een lege boel is?
Twijfel en ongeloof, zeker, Ter Linden kende het. Maar hij schrijft ook: ‘Theologen die gedesillusioneerd hun geloof aan de wilgen hangen en daar in woord en geschrift verslag van doen, raken mij niet erg, ik zeg het maar eerlijk.’
En dan nog dit is een zeer persoonlijk, aanstekelijk en waardevol boek, een kleinood voor wie nadenkt over de rol van het geloof in zijn leven.